woensdag 15 september 2010

3g

3G


De afgelopen drie jaar mocht ik vanuit CNV-Jongeren rondlopen in de wereld van jongeren met een beperking & dan specifiek de focus op; hoe krijgen we in Nederland de arbeidsparticipatie van deze jongeren omhoog. Wanneer je de harde cijfers beschouwd dan gaat de participatie juist omlaag ipv omhoog. Dit ondanks alle inspanningen die door vele partijen worden geleverd.

In die drie jaar ben ik tot de overtuiging gekomen dat deze problematiek alleen is aan te pakken door de volgende drie elementen te combineren;

Administratief ontzorgen

Zowel voor de werkgever als voor de uitkeringsgerechtigde is het knap lastig om aan het werk te gaan. Je komt bijna om in de papier winkel. Hier ligt een belangrijke rol voor de uitkeringsinstantie. Een “geen gezeur” garantie zou hier de uitkomst kunnen bieden of terwijl; de uitkeringsinstantie neemt de verantwoordelijkheid voor een deugdelijke papierwinkel op zich en levert eventueel nog in te vullen formulieren zoveel mogelijk kant-en-klaar aan.

Werk moet lonen

Een kreet die vaak gebezigd is maar nog te vaak weerbarstig uitpakt.
Van een uitkering richting een baan moet altijd een + opleveren.
Vaak moet je al diverse drempels over om überhaupt vanuit een uitkering aan de slag te gaan. Als je dan ook nog eens financieel er op moet toe leggen….dat kan echt niet!


Vinden

Wajongeren zijn lastig te vinden, lastig in beeld te krijgen en lastig te matchen met werkgevers. Daarom zou het goed zijn om 1 toegankelijke plek te ontwikkelen waar het zowel voor wajongeren als voor werkgevers interessant en prikkelend is om zich rechtstreeks te begeven.

woensdag 28 juli 2010

Werken op niveau!

Als je de meest recente cijfers bekijkt over de instroom van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt stemmen die niet vrolijk.
Kijken we bijvoorbeeld richting de Wajong doelgroep dan zie je dat ondanks de inspanningen en de riante beschikbare middelen de instroom niet toeneemt maar afneemt.

Dit heeft in mijn beleving een vijftal redenen;

  • Er is onvoldoende ruimte om te kijken wat iemand kan, vaak start iemand op een functie die niet past bij zijn/haar opleiding "begin hier maar eens mee"
  • Er zijn onvoldoende prikkels om bestanden waar mensen inzitten op elkaar te laten aansluiten.
  • Er is onvoldoende inzichtelijk welke partij het beste mensen richting de arbeidsmarkt kan reintegeren.
  • Bij werkgevers bestaat nog altijd het beeld dat mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt op een MBO- niveau functioneren.
  • Er is steeds een focus op een nieuwe doelgroep....en daarbij komt het "zittend" bestand steeds verder uit het blikveld te staan.

Daarbij; is het voor werkgevers heel goed mogelijk om telkens een nieuw iemand te laten instromen op bijvoorbeeld een werkervaringsplek. De bedoeling is dat een werkervaringsplek een "rapid start" geeft op de arbeidsmarkt, maar feitelijk zijn sommige werkervaringsplekken gewoon goedkope arbeidskrachten.

Tot slot, loont werken nog lang niet altijd. En dat zou wel moeten, ook qua geld. Het kan niet zo zijn dat je bijvoorbeeld 100/150 euro netto per maand meer verdiend, maar omdat je hierdoor uit allerlei regelingen valt je uiteindelijk geld moet toeleggen om te werken!

woensdag 3 maart 2010

Werk eerst!

Werk, eerst!


In een overgroot deel van de Nederlandse gemeenten is het gebruikelijk om de aanvraag van een bijstandsuitkering te koppelen aan het uitvoeren van werkzaamheden ter behoeve van de gemeenschap, dit gekoppeld aan het aanleren van werknemersvaardigheden. In vakjargon is dit principe “workfirst” gedoopt.

Dit workfirst principe gaat echter niet op voor jongeren met een functiebeperking.
Dit betekend dat deze jongeren (zeker degene die onder de oude wetgeving vallen) veelal thuis zitten omdat het lastig is om een passende baan voor hen te vinden.

Mijn stelling is om ze in ieder geval aan de slag te laten gaan. Ook als dit in beginsel niet passend is. Natuurlijk moet er rekening gehouden worden met psychische & fysieke beperkingen maar daarbuiten moet iedereen gewoon aan de slag. Juist jongeren met een functieperking.